Or in beeld Or van NOC*NSF over hun werkwijze ‘ Sport is emotie, maar wij werken bedrijfsmatig’ NOC*NSF is een vereniging van sportbonden. Het bureau functioneert als een gewoon bedrijf en heeft daarom ook een ondernemingsraad. De contacten met de bestuurder zijn goed. Het overleg is informeel en veelal vruchtbaar, wat niet wil zeggen dat de or nooit zijn tanden laat zien. Door Arjo van der Gaag ■ Adviestraject nieuwe directeur ■ Informeel maakt onzichtbaar ■ Emotie versus zakelijkheid M et de werkomgeving van de medewerkers van NOC*NSF is niets mis. Het hoofdkantoor is gevestigd in de lommerrijke omgeving van Papendal in Arnhem. Binnen worden op videoschermen de jongste prestaties van de topsporters vertoond. NOC*NSF heeft sinds 1 mei een nieuwe directeur, Gerard Dielessen, tot dan algemeen directeur van de NOS. De or heeft adviesrecht bij de benoeming. De uitoefening van dat recht verliep volgens het boekje, maar haast was wel geboden. Binnen een week moest alles in kannen en kruiken zijn. Zowel de sportorganisatie als de NOS staan in de schijnwerpers en de naam van Dielessen dreigde uit te lekken en het bestuur wilde dus haast maken. Niettemin, geen onvertogen woord over de procedure uit de mond van Mathieu Daalder en Bert Roosenboom, respectievelijk voorzitter en lid van de acht leden tellende or. Dielessen was de enige kandidaat. Op zich had de or kunnen aandringen op een ruimere voordracht, maar de NOS-man paste perfect in het profiel. De or heeft een gesprek gehad met de kandidaat en dat leidde tot een positief advies aan het bestuur. ‘Het ging allemaal snel, maar goed. Ondanks de haast voelden we ons niet on12 ■ OR informatie 5 | mei 2010 der druk gezet. We hadden besloten om aan de hand van het gesprek eventueel te adviseren meer kandidaten voor te dragen, maar daar zagen we geen reden voor’, zegt Daalder, sinds een jaar or-voorzitter en in zijn dagelijks werk accountmanager voor het contact met 15 aangesloten sportbonden, enkele olympische netwerken en een aantal gemeenten. Bert Roosenboom is sinds 2007 lid van de or. Hij faciliteert topsporters bij het verstandig omgaan met de combinatie van sport en (latere) loopbaan. Voelsprieten Daalder weet de kwaliteiten die hij voor zijn dagelijkse werk nodig heeft perfect te combineren met zijn rol als or-voorzitter. Het contact met de sportbonden vergt de nodige diplomatie en informele interventies. Zo werkt hij ook in de or. ‘Ik heb daar bewust voor gekozen. Ik geloof er erg in. Ook in mijn werk ben ik erg afhankelijk van het informele contact. Ik heb veel informeel contact met het managementteam en de afdeling P&O. We lopen veel bij elkaar binnen. Ik maak zonodig wel duidelijk wanneer ik in mijn rol als or-lid iemand aanspreek. Tijdens de officiële overlegvergaderingen tikken we de zaken formeel af. Mijn ervaring is dat je zo veel zaken gedaan krijgt. We hebben op elke afdeling onze voelsprieten zodat we goed op de hoogte zijn wat er leeft. Het risico van informeel overleg is dat de indruk ontstaat dat zaken snel en gemakkelijk kunnen worden afgehandeld. Daarom moet je er wel voor zorgen dat je de zaken ook formeel aftikt.’ Informeel wil echter niet zeggen dat het altijd op rolletjes loopt. Roosenboom noemt als voorbeeld de discussie over het percentage van loonsverhogingen. ‘Daar moesten we goed op doorvragen. Hoe kom je tot die cijfers? Wat betekent het precies voor de medewerkers? We hebben externe deskundigen ingeschakeld. Daar is budget voor. Het kost ook tijd, maar dat moet dan maar. Onze inbreng wordt gewaardeerd.’ Wat het in de toekomst naar verwachting makkelijker zal maken, is de aanstelling van twee adjunct-directeuren die afkomstig zijn uit het bedrijfsleven. ‘Mensen die gewend waren aan medezeggenschap en weten hoe je daar professioneel mee om moet gaan. Ze geloven er ook in en zijn ervan overtuigd dat een or goed is voor een organisatie.’ Open stoel Informeel zaken voor elkaar krijgen kan als nadeel hebben dat het werk van de or vaak onzichtbaar blijft. Daalder: ‘Het mooiste is natuurlijk dat je heel formeel een brief kunt schrijven en kunt publiceren over een zaak waar je het al dan niet met het bestuur over eens bent. Hoe je je presenteert is echter een probleem.’ Om het communicatieproces te bevorderen is er niet alleen intranet, maar ook elke maand op een maandagochtend overleg waarbij elke unit verslag doet van het werk. De or kan op die ochtend zijn zegje doen. ‘Dat hoeft niet altijd, zo eens in de 2, 3 keer.’ Om medewerkers meer te betrekken bij de or is er een plan onder het motto Open Stoel. ‘Bij een or-vergadering kunnen personeelsleden aanschuiven www.orinformatie. Pagina 59

Pagina 61

Interactieve digi folder, deze folder of lesboek is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het online uitgeven van digitale onderwijscatalogi.

OR informatie, mei 2010 Lees publicatie 15Home


You need flash player to view this online publication