Uitvoering is lastig, maar niet onmogelijk Grote vragen, kleine or’s Kleine or’s hebben hun geheel eigen vraagstukken. De omvang van de organisatie bepaalt namelijk sterk de manier waarop de or in de organisatie staat en zijn resultaten kan behalen. In dit artikel aandacht voor een aantal vraagstukken waar kleine or’s tegenaan lopen. Door Agnes Nibbeling ■ Sociale afstand is klein ■ Oog hebben voor arbozaken ■ Inzetten op behoud goede relatie B elangrijke aandachtspunten bij kleine or’s zijn: de omgang met de bestuurder, de informatietoevoer, de formele weg naar de rechter en de relatie met de achterban. Gelukkig zijn er voor deze aandachtspunten ook oplossingen. De belangrijkste is echter: let bij het zoeken naar oplossingen niet te veel op de grote or’s, maar ontwikkel je eigen werkwijze. Omgang bestuurder Kenmerkend voor kleine organisaties is dat de medewerkers en de directeur elkaar goed kennen. De sociale afstand is veelal klein. Dat heeft in de dagelijkse werkzaamheden veel voordelen, maar in de context van de medezeggenschap kan dat wel eens lastig zijn. De directeur voelt zich erg verbonden met zijn het bedrijf en er is vaak sprake van een directeur-eigenaar wat nog eens de machtspositie en de affiniteit met het bedrijf versterkt. Zo’n directeur is vaak zelf veel bepaalt. De macht delen met een inspraakorgaan valt vaak niet mee. Wat ik vaak hoor in gesprekken met bestuurders van kleine organisaties: wij doen hier niet zo moeilijk, je kunt alles tegen me zeggen, de deur staat altijd open. Ja, dat klopt ook wel, maar dat betekent nog niet dat de beïnvloedingsruimte groot is, zeker niet op cruciale punten. Informatietoevoer Invloed wordt bepaald door goede relaties en minder geneigd de macht te delen met andere partners. Een vergelijking met een groot bedrijf: daar is sprake van een machtsarena waarin verschillende partijen invloed uitoefenen op het beleid en daar ook een positie in hebben: naast de or zijn er nog een Raad van Bestuur, Raad van Toezicht of een managementteam. In een kleine organisatie is de directeur veel meer een leider die 38 ■ OR informatie 5 | mei 2010 goede communicatieve vaardigheden Dit hangt onmiddellijk samen met het volgende aandachtspunt: informatietoevoer. Al vaker is het me opgevallen dat or’s in kleine organisaties de basisinformatie die nodig is om medezeggenschap uit te oefenen, niet ontvangen. Meest prangende voorbeeld vond ik een or van een kinderopvangorganisatie die de financiële cijfers niet ontving, terwijl daar de eindejaarsuitkering voor de medewerkers van afhankelijk was. Door het uitblijven van die cijfers kon de or niet vaststellen welk percentage er gehanteerd moest worden voor de uitkering. Nu zijn uiteindelijk die cijfers wel via een omweg te verkrijgen, maar het maakt het functioneren van een or wel erg lastig. Een ander voorbeeld was dat een transportbedrijfje een deel van zijn werkzaam heden wilde outsourcen naar een groot transportbedrijf. Bij de adviesaanvraag hoorde een financiële onderbouwing. De or heeft deze cijfers nooit mogen inzien. Op basis hiervan heeft de or besloten niet te adviseren. Naar de rechter Om bovenstaande situaties te beïnvloeden zijn meerdere wegen mogelijk, waaronder de weg naar de rechter. Die weg zal een kleine or echter niet snel bewandelen. De reden is weer gelegen in het feit dat de afstand tussen de medewerkers en de directeur klein is. De gang naar de rechter zet de verhoudingen altijd onder druk. Maar het wordt nog spannender als je vandaag in de rechtszaal zit en morgen weer een deur verder aan het werk bent, naast de directeur. De formele weg is eigenlijk nauwelijks aantrekkelijk voor kleine or’s. Je moet immers wel erg stevig in je schoenen staan om de sociale druk te weerstaan die uitgeoefend wordt om niet zo moeilijk te doen. De or in een kleine organisatie kent over het algemeen zijn achterban goed. Het zijn directe collega’s. Dat heeft voor- en nadelen. Voordelen zijn dat de achterban snel zijn vragen en opmerkingen bij de or kwijt kan. Het is dan medezeggenschap by walking around in optima forma. De andere kant is dat de or wel eens als een overbodig orgaan wordt beschouwd, omdat mensen hun invloed direct kunnen uitoefenen bij leidinggevende. Een or in een kleine organisatie moet zich meer beraden op welke thema’s hij meerwaarde heeft als vertegenwoordiger van de achterban. Oog voor arbo Is een ondernemingsraad in een kleine organisatie dan wel nodig? Jazeker, er zijn altijd collectieve vraagstukken die geregeld moeten worden. Vaak is het zo dat kleine organisaties, om welke reden dan ook, niet of slechts gedeeltelijk onder een cao vallen. In zulke organisaties is de or bij uitstek het orgaan dat de arbeidsvoorwaarden moet afspreken. Een ander belangrijk thema zijn de arbeidsomstandigheden en het ziekteverzuimbeleid. Juist in kleine organisaties wil men nog wel eens makkelijk omspringen met arbozaken, terwijl de lasten ook zwaar zijn als medewerkers arbeidsongeschikt worden. www.orinformatie. Pagina 85
Pagina 87Heeft u een pdf, onlinebook of emailings? Gebruik Online Touch: archief digitaal op uw website plaatsen.
OR informatie, mei 2010 Lees publicatie 15Home