Wijziging beoordelingsregeling Er vinden wijzigingen plaats in de personeelsbeoordelingsregling, het beloningssysteem en in Key Performance Indicators. De or claimt dat dit instemmingsplichtig was, de ondernemer vindt van niet. Bij Mercedes-Benz zijn in de Handleiding Resultaatgerichte Beoordeling concrete doelstellingen vastgelegd, gekoppeld aan een bepaalde beloning. De ondernemer besluit de beoordelingsgesprekken uit te stellen, waardoor de individuele beloning ook later zal plaatsvinden. De or van Mercedes-Benz Nederland meent dat dit besluit ter instemming had moeten worden voorgelegd. Volgens hem gaat het om een besluit tot wijziging van de personeelsbeoordelingsregeling en van het beloningssysteem, zoals bepaald in de WOR in artikel 27 lid 1g en 1c. De or stelt dat dit een ‘essentiële structurele wijziging’ van de personeelsbeoordelingsregeling is (sub g) en ook van het beloningssysteem (sub c). Daarnaast is in de zogeheten key performance indicators (KPI’s) een wijziging aangebracht tengevolge waarvan de beoordeling niet alleen afhankelijk is van divisies van Mercedes-Benz maar ook van andere bedrijven waar Mercedes-Benz mee samenwerkt. In feite betekent dit volgens de or dat het aantal criteria wordt uitgebreid en dus het systeem is gewijzigd. Mercedes-Benz stelt dat er niets is gewijzigd dat ter instemming had moeten worden voorgelegd. Oordeel Kantonrechter De motivering van de or ten aanzien van de beide onderdelen, de beoordelingsregeling en het beloningssysteem, is op precies dezelfde feiten gebaseerd. Als er dus geen sprake is van een wijziging van de personeelsbeoordelingsregeling dan is er ook geen sprake van een wijziging van het beloningssysteem. De or is tegenstrijdig in zijn motivering, stelt de kantonrechter. Enerzijds stelt de or dat er sprake is geweest van een essentiële structurele wijziging, anderzijds stelt hij dat deze KPI’s al jaren worden toegepast door Mercedes-Benz. De kantonrechter stelt vast dat er wijzigingen zijn doorgevoerd binnen de criteria die al werden gehanteerd en dat die wijzigingen dermate marginaal zijn dat er geen sprake is van wijziging van de regeling of het systeem in de zin van artikel 27 WOR. Daardoor hoefden de besluiten niet ter instemming te worden voorgelegd aan de or. Commentaar Het is vaste rechtspraak dat een regeling of een systeem in de zin van de WOR alleen wijzigt als de reeks criteria voor de toekenning van bijvoorbeeld een beloning, wordt gewijzigd. Als slechts de hoogte van een criterium wijzigt is er geen sprake van wijziging van het systeem. Wordt er echter een nieuw criterium toegevoegd of weggelaten, dan is dit wel zo. In deze situatie werden de criteria voor het beloningssysteem en de personeelsbeoordelingsregeling al jaren gebruikt. De invulling van de verschillende criteria is wel aangescherpt, maar niet ingrijpend. Zelfs als de aanpassing wel ingrijpend zou zijn, dan zou er nog geen sprake zijn van wijziging van het systeem. De or had er goed aan gedaan precies in kaart te brengen welke criteria zijn gewijzigd en in welke mate dit is gebeurd. Vervolgens had de or kunnen trachten aan te tonen dat er in feite criteria zijn toegevoegd. Kantonrechter Utrecht, 30 juni 2011, LJN BR 5843 Inge Hofstee is partner bij Boontje Advocaten te Amsterdam. het eerste samenwerkingsverband al afgeweken wordt van de organisatiestructuur, wordt door de OK niet gedeeld. Het gaat om een tijdelijke aanstelling en afgesproken is dat de organisatiestructuur van de gastgemeente bij de volgende samenwerkingsverbanden leidend zal zijn. De OK deelt de kritiek van de or wel dat de ondernemer onduidelijkheid heeft gecreëerd over de vraag hoe lang de periode van deze leidinggevende functie zal zijn. Pas tijdens de procedure is duidelijk geworden dat dit in het uiterste geval tot de pensioengerechtigde leeftijd van de betrokken ambtenaar is, hetgeen kan www.orinformatie.nl @informatief neerkomen op een periode van twintig jaar. Dit gebrek in de onderbouwing vindt de OK echter niet zo zwaar dat daardoor het besluit kennelijk onredelijk verklaard zou moeten worden. Commentaar De OK kan een besluit kennelijk onredelijk verklaren als de ondernemer bij afweging van alle betrokken belangen in redelijkheid niet tot een besluit heeft kunnen komen. Op het moment dat er sprake is van het oprichten van een samenwerkingsverband heeft de ondernemer te maken met de opstelling van de samenwerkingspartner. De belangen waarmee rekening gehouden moet worden, worden dan niet alleen door de ondernemingsraad ingebracht, maar kunnen ook betrekking hebben op andere betrokken partijen waar de ondernemer rekening mee te houden heeft. Het feit dat de gekozen constructie niet optimaal past in de eigen organisatiestructuur weegt niet zo zwaar dat alleen daarom al het besluit kennelijk onredelijk verklaard moet worden. De OK gaat na of de ondernemer alle belangen redelijk heeft afgewogen. Ook in het geval dat daarbij afgeweken wordt van het eigen beleid, kan het besluit toch de toets der kritiek doorstaan, zoals deze zaak duidelijk maakt. Ondernemingskamer 9 februari 2012, LJN BV7331 Loe Sprengers is advocaat bij het Advokatenkollektief te Utrecht. OR informatie 4 | april 2012  37 Pagina 36

Pagina 38

Interactieve digitale tijdschrift, deze tijdschrift of reclamefolder is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het digitaal publiceren van digi club bladen.

OR informatie april 2012 Lees publicatie 24Home


You need flash player to view this online publication