‘Samenwerking tussen culturen Groeiend zelfvertrouwen allochtone or-leden Rabobank Karim El-Khetabi en Yasser Chahed hebben een Marokkaanse achtergrond, Alma Musinovic-Mansour heeft in Jordanië en Bosnië gewoond voordat zij zestien jaar geleden naar Nederland kwam. De culturele achtergrond van deze medewerkers van de Rabobank heeft geen invloed gehad op hun keuze om or-lid te worden. Door Loek Kusiak en Door van der Wiele ■ Inhaalslag gemaakt ■ Betrokkenheid belangrijke drijfveer ■ Groeien als individu in de or Rabobank in Rotterdam. Daar is hij sinds drie jaar ook vice-voorzitter van de tienkoppige lokale or. ‘De onderste laag van de piramide stelt de 152 lokale or’s voor van alle Rabobanken in Nederland. Al die lokale banken zijn eigen baas.’ De middelste laag representeert de lokale groeps-or’s. Daarin zijn de or’s regionaal vertegenwoordigd. Er zijn er 4, met in totaal circa 60 leden. In het topje van de piramide zitten 20 afgevaardigden van de lokale groeps-or’s vanuit het hele land. In Rotterdam staat de grootste lokale stadsbank van de Rabobank, met 650 medewerkers. De stad herbergt 170 verschillende nationaliteiten. ‘Als bank wil je betrokken zijn bij de samenleving’, legt Karim uit, ‘en dat kan alleen als je daar een afspiegeling van hebt in je M Multiculturele or (1) Diversiteitsbeleid moet de positie van de vele nationaliteiten op de arbeidsmarkt en van de bedrijven zelf verbeteren. Eén van de middelen daartoe is de medezeggenschap. Via de or kunnen allochtone medewerkers hun stem laten horen. In deze reeks van vier aandacht voor de drijfveren en ervaringen van or-leden uit etnische minderheden. et stift tekent Karim el-Khetabi een piramideschema. Hij is accountmanager Bedrij ven bij de personeelsbestand. Wij vertegenwoordigen niet alle 170 nationaliteiten. Circa 30 procent van ons personeelsbestand is allochtoon. Vijf jaar geleden zaten we nog op 5 procent. Bij stadsbanken als ABN Amro en ING was het aandeel allochtonen hoger dan bij de Rabobank. Onze filialen hebben historisch gezien een plattelandskarakter. We hebben een inhaalslag gemaakt.’ Alma Musinovic-Mansour is marketingadviseur en or-lid van de Rotterdamse Rabobank. Zij knikt instemmend: ‘Onze bank groeide heel hard en allochtonen studeren steeds vaker. Omdat we meer diversiteit wilden, lieten we de Turkse of de Chinese collega die bij ons werkt daarover in campagnes aan het woord. Daarmee verlaagden we de drempel voor allochtonen, die vervolgens kwamen solli citeren. We zijn nu een afspiegeling van de samenleving. Althans, in de bankhal. In de top ontbreekt het nog aan allochtonen en vrouwen. Daarover zijn we nog niet tevreden. Maar dat zien wij meer als een taak voor de HRM-functionarissen.’ Eerste generatie El-Khetabi kijkt peinzend. ‘Je kunt je als bank openstellen voor diversiteit in alle geledingen, maar dan moeten die groepen zich ook aanmelden. Uiteindelijk selecteert een werkgever je op vaardigheden en motivatie. En daarna, bij gelijke vaardigheden, kun je ervoor kiezen om iemand met een bepaalde achtergrond de kans te geven zich 14 ■ OR informatie 4 | april 2010 in de functie te bewijzen. De groep allochtonen die in aanmerking komt voor het topmanagement en directieniveau is nu nog maar klein. De tweede- en derdegeneratie allochtonen heeft tijd nodig. Als kind van een gastarbeider uit de tweede generatie kom je uit een achterstandspositie. In de directie zitten ervaren mensen die hun sporen hebben verdiend. De talentvolle Marokkaan of Surinamer die afstudeert aan de universiteit, wordt nog niet automatisch directeur van een grote onderneming.’ Daarnaast wordt het uitoefenen van invloed bij degene die je broodheer is in veel culturen niet op prijs gesteld. Bijgevolg wordt ook een or-lidmaatschap in menig huiskamer van allochtone gezinnen niet gestimuleerd. ‘Veel eerstegeneratie allochtonen verwarren de term vakbond met or,’ zegt Karim El-Khetabi. Hij benadrukt dat hij zich geen culturele minderheid voelt op de werkvloer. ‘Inmiddels is bij ons de samenwerking tussen verschillende culturen dagelijkse kost en in de or vertegenwoordig ik evenredig alle collega’s.’ Toch kan hij zich voorstellen dat hij fungeert als rolmodel voor net afgestudeerde allochtonen. ‘Ik sta niet onderaan de ladder. Ik heb een net pak aan en een vlotte babbel. Misschien dat Marokkaanse jongens en meiden zich daardoor meer herkennen in mij dan een gemiddelde Nederlander.’ Blinde vlek Yasser Chahed, accountmanager Zakelijke Relaties bij de Rabobank in Tilburg, vertelt dat hij zich or-kandidaat heeft gesteld uit betrokkenheid bij de bank. Hij is nu 3 jaar or-lid. ‘Ik heb daardoor ook geleerd geduld te hebben. In de beginperiode wilde ik snel scoren. Het verbaasde me soms hoe lang het duurt voordat je iets voor elkaar krijgt. Nu weet ik dat dit erbij hoort, dat het deel is van de onderhandelingscultuur.’ Yasser werd bij zijn keuze voor het or-lidmaatschap gedreven door nieuwsgierigheid. ‘Door het or-werk leer je een organisatie van binnenuit heel goed kennen. Je krijgt een brede kijk op zaken. Alle dingen die de bank raken, komen op tafel. Ik kijk nu anders aan tegen hoe beslissingen genomen worden.’ www.orinformatie. Pagina 13

Pagina 15

Heeft u een catalogus, modernmedia of internet catalogussen? Gebruik Online Touch: magazine naar een digitale publicatie converteren.

OR informatie, april 2010 Lees publicatie 14Home


You need flash player to view this online publication