Hoe lang mag het adviestraject zijn? Redelijk snel De WOR zwijgt over de termijn waarbinnen de or advies moet uitbrengen. De ongeschreven regel is dat dit binnen een ‘redelijke’ termijn moet gebeuren, maar wat is redelijk? En in hoeverre wordt de termijn beïnvloed door de omstandigheden of door afspraken tussen ondernemer en ondernemingsraad? Een aantal vuistregels op basis van de rechtspraak. Door Robbert van het Kaar Redelijk en onredelijk Termijnen Geschillen I n 1996 wilde Air Products bepaalde transportactiviteiten uitbesteden. De or vroeg om meer informatie over de beoogde overnemer en de ondernemer gaf aan dat de or binnen vier dagen na inzage van het concept-overnamecontract zou moeten adviseren. Uiteindelijk bedroeg de termijn voor advisering slechts één dag. Het besluit werd als kennelijk onredelijk beoordeeld. In de zaak Noest Beheer (1999) Vuistregels 10 OR informatie 11 | november 2011 moest de or binnen één uur advies uitbrengen over het besluit om aan de statutaire directeur bevoegdheden te ontnemen. De Ondernemingskamer (OK) oordeelde dat die termijn in de gegeven omstandigheden onredelijk kort was. Uit de rechtspraak blijkt ook dat de ondernemer zich niet kan verschuilen achter externe partijen die aandringen op snelle besluitvorming. Het is de verantwoordelijkheid van de ondernemer zelf dat de or in voldoende mate in de gelegenheid wordt gesteld om invloed uit te oefenen. De or van PTT Telecom werd op 24 januari 1995 om advies gevraagd met het verzoek om een reactie binnen twee weken. In een latere brief vroeg de ondernemer het advies uit te brengen vóór 15 maart. Op 14 maart vroeg de or om een week uitstel, en dat verzoek werd ingewilligd. Toen de ondernemer op 23 maart echter nog geen advies van de or had ontvangen, nam hij het besluit. De OK oordeelde dat hij dat mocht doen, ook al had de or nog geen advies uitgebracht. Vanaf het begin had de ondernemer aan de or duidelijk gemaakt haast te hebben. De or had om een week uitstel gevraagd en die gekregen, maar had daarna niets meer van zich laten horen. Ook uit een andere beschikking van de OK blijkt dat het belangrijk is dat de adviestermijn duidelijk in de adviesaanvraag wordt vermeld. Tijdens de rechtszitting betoogde de ondernemer dat de or niet ontvankelijk moest worden verklaard omdat hij niet binnen een redelijke termijn concrete acties had ondernomen op de adviesaanvraag. De OK verwierp die stelling ‘omdat in de adviesaanvraag geen termijn is vermeld waarbinnen het advies gegeven diende te worden’. Ook de ondernemer moet zich aan de gestelde termijn houden Uiteraard moet de ondernemer zich vervolgens zelf wel aan de door hem gestelde termijn(en) houden. Op 16 mei 1984 vroeg het Sint Radboudziekenhuis advies aan de or, met een termijn van twee maanden. Op 28 mei 1984 deelde de or aan de ondernemer mee dat die termijn – hoewel in een draaiboek opgenomen – in dit geval te kort was in verband met de vakantieperiode. De or vroeg om verlenging met één maand, maar de ondernemer ging niet met het uitstel akkoord. Op 12 juli 1984 – vier dagen vóór het verstrijken van de oorspronkelijke termijn van twee maanden – nam de ondernemer zijn besluit zonder dat de or advies had uitgebracht. De ondernemer motiveerde de datum van het besluit met het argument dat verder uitstel ervan geen zin had omdat duidelijk was dat de or zich toch niet aan de termijn van de twee maanden zou houden. Dit standpunt werd door de OK verworpen. Die stelde dat het allerminst zeker was dat de or niet als@informatief www.orinformatie.nl Pagina 9
Pagina 11Scoor meer met een online winkel in uw mailings. Velen gingen u voor en publiceerden catalogi online.
OR informatie, november 2011 Lees publicatie 10Home