Or vaker procesbevoegd Vakbonden zijn het niet eens met de verleende dispensatie voor een met de cor gesloten akkoord dat afwijkt van de cao. Zij spannen een procedure aan tegen de ondernemer. De cor vraagt de rechter om toelating tot deze procedure. Het geschil De cor van de Telegraaf Media Groep (TMG) heeft eind 2009 met TMG een akkoord gesloten over een aanpassing van de beloningsstructuur en de toeslagensystematiek. Dit akkoord wijkt af van de cao waar TMG onder valt en daarvoor is dispensatie verleend door de bevoegde instantie. De vakbonden die partij zijn bij de cao, zijn het niet eens met de dispensatie en vorderen dat de rechter verklaart dat het akkoord niet op de juiste wijze tot stand is gekomen en daarmee nietig is. De cor wil deelnemen aan deze procedure aan de kant van TMG en vraagt de kantonrechter om toegelaten te worden tot het geding. De vakbonden stellen dat de cor geen procesbevoegdheid en ook geen belang heeft en dat de vordering moet worden afgewezen. Daarnaast vordert één van de or's van TMG eveneens toelating tot het geschil, maar dan aan de zijde van de vakbonden. Deze or is het namelijk niet eens met de inhoud van het akkoord en vindt dat de bevoegdheid tot sluiting van een eventueel akkoord aan hem toebehoort aangezien het vooral de werknemers van de onderneming betreft waarvoor deze or is ingesteld. TMG is het niet met de or eens en verweert zich hiertegen. In deze zaak laat de kantonrechter zich slechts uit over de voegingsmogelijkheden van de cor en de or. Oordeel kantonrechter De kantonrechter meent dat een or in rechte moet kunnen optreden als dat in het belang is van en wenselijk is voor een doelmatige vervulling van de taak die de or in de WOR is toegedacht. Hiervan is sprake nu de cor partij is bij het akkoord en daarmee de gemeenschappelijke belangen van de werknemers van TMG heeft behartigd. Met betrekking tot de or oordeelt de kantonrechter bijna hetzelfde. Ook de or moet worden toegelaten om te kunnen toetsen of de or zijn taken uit hoofde van de WOR heeft kunnen vervullen. Artikel 28 lid 1 WOR bepaalt namelijk dat de or de naleving van geldende voorschriften op het gebied van arbeidsvoorwaarden (cao) dient te bevorderen. Commentaar Uitgangspunt is dat de or slechts kan procederen op basis van specifiek toegekende bevoegdheden, voortvloeiende uit de WOR. Omdat de or geen rechtspersoon is, heeft hij verder in beginsel geen procesbevoegdheid. In de afgelopen jaren is echter steeds vaker ook in andere situaties dan die voortvloeiende uit de WOR procesbevoegdheid toegekend aan de or. Bijvoorbeeld als de ondernemer gemaakte afspraken met de or niet nakomt, of in het geval waarin de or een getuigenverhoor wil houden om bewijs rond te krijgen over toezeggingen van de ondernemer die hij niet wenst na te komen. Ook is inmiddels al vaker geoordeeld dat de or procesbevoegd is als dat in het belang is van een doelmatige vervulling van zijn taak. Daarmee krijgt de or steeds meer mogelijkheden om in een gerechtelijke procedure zijn gelijk te krijgen. Een gunstige ontwikkeling voor werknemers, nu de or steeds vaker in hun plaats procedures kan voeren. Kantonrechter Amsterdam, 23 mei 2011 Inge Hofstee is partner bij Boontje Advocaten te Amsterdam. stellen tot vrijwillig vertrek heeft gedaan door het aanbieden van de vaststellingsovereenkomst voordat het adviestraject was afgerond en het besluit was genomen. Daarmee geeft de Unie in strijd met de wettelijke opschortingtermijn uitvoering aan het voorgenomen besluit, terwijl onderdelen daarvan, waaronder het organogram, het aantal arbeidsplaatsen, de functieprofielen en de wijze waarop de functies vervuld zullen worden, nog onderwerp van discussie met de or waren of behoorden te zijn. Deze handelswijze op zichzelf leidt volgens vaste rechtspraak van de OK al tot het www.orinformatie.nl @informatief oordeel dat de medezeggenschap tekort is gedaan. Daarom wordt het verzoek van de ondernemingsraad tot het stopzetten van uitvoeringshandelingen van het besluit door de ondernemer, toegewezen. Commentaar Reorganisatieprocessen staan vaak onder tijdsdruk. De nagestreefde besparingen moeten zo snel mogelijk worden bereikt. In deze zaak geeft de OK duidelijk aan dat dit geen reden is om aan de or voorbij te gaan. Bij reorganisaties spelen grote belangen van personeelsleden. Het is van belang dat de or de gelegenheid krijgt om zijn adviesrecht uit te oefenen, inclusief de mogelijkheid om het besluit te laten toetsen door de OK, zonder dat de ondernemer al met de uitvoering van het besluit is gestart. Het is vaste rechtspraak van de Ondernemingskamer dat het aanvragen van een ontslagvergunning bij UWV-werkbedrijf, het starten van een ontbindingsprocedure bij de kantonrechter of – zoals in dit geval – het starten van de onderhandelingen met individuele werknemers om tot een vertrekregeling te komen, gezien wordt als uitvoering. Uitvoering mag in ieder geval niet voorafgaand aan het besluit plaatsvinden en ook niet tijdens de opschortingtermijn. Gerechtshof Amsterdam, 3 augustus 2011, LJN BR 4231 Loe Sprengers is advocaat bij het Advokatenkollektief Utrecht en hoogleraar Universiteit Leiden. OR informatie 11 | november 2011  43 Pagina 42

Pagina 44

Heeft u een weekblad, onlinemag of digi-studiegidsen? Gebruik Online Touch: pdf digitaal zetten.

OR informatie, november 2011 Lees publicatie 10Home