mag dan nog niet zo oud zijn, hij zit wel in een gedoogconstructie met een partij die niks wil veranderen. Bij de VVD vinden ze het ook niet zo’n heel urgent probleem. Bij het CDA zijn ze iets meer geneigd erover na te denken, maar deze coalitie is voorlopig onmachtig. Dit probleem vergt leiderschap.’ En de eerste van alle partijen waar een echte leider opstaat, moet de kar gaan trekken? ‘Ja. Er komt nu een “nieuwe vakbeweging”. Ik zou zeggen: dit zou je eerste actiepunt moeten zijn. Maar ik ben bang dat de discussie vooral zal gaan over verfijning van het organizing-model. Daarvan hebben ze bij de bonden het idee dat het veel losmaakt – zie de acties in de schoonmaaksector. Maar dat model zou wat mij betreft een soort laatste redmiddel moeten zijn, iets waarvoor je kiest als alle andere mogelijkheden zijn uitgeput. Het is een model dat past bij een situatie waarin de onverantwoordelijkheid en de flexibilisering verder zijn ontwikkeld, en waarin je alleen nog maar voor een keiharde opstelling kunt kiezen. Je krijgt dan het soort situatie dat je nu in Amerikaanse steden ziet: mensen uit allerlei belangenorganisaties op gemeentelijk niveau die zich verenigen met vakbonden om nog iets te redden. Door te kiezen voor organizing erken je eigenlijk dat dit de ontwikkeling is: meer flexibilisering, minder zekerheid en minder maatschappelijke verantwoordelijkheid.’ Is dat de ontwikkeling die je verwacht, of is het alleen maar wat je vreest? ‘Ik vind dit een heel spannende tijd, en dat komt omdat ik het niet weet. Ik ben een heel optimistisch mens en ik blijf hopen dat niet niet zo hoeft te lopen. Maar de huidige crisis zet de zaken wel onder druk. Dat zorgt er enerzijds voor dat er wat meer mentale ruimte ontstaat om te accepteren dat er iets gedaan moet worden, maar anderzijds hadden we hier al jaren geleden mee moeten beginnen en is er nog altijd niks gebeurd. Daar word ik dus niet optimistisch van. Maar als ik kijk naar de toekomst van Nederland en naar de komende generaties, dan denk ik: het mag niet zo lopen, het moet anders. Ik hink dus op twee gedachten.’ Laten we het nog even hebben over de gevolgen van de flexibilisering voor de medezeggenschap. Vind je dat er een ander wettelijk kader zou moeten komen? ‘Het kader waarbinnen de medezeggenschap zich afspeelt zou absoluut moeten mee-evolueren. Voor een deel gebeurt dat al, 22 OR informatie 4 | april 2012 via de internationale medezeggenschap als antwoord op grensoverschrijdende ontwikkelingen binnen bedrijven. Maar de flexibilisering maakt het wel steeds moeilijker. Je zou bijvoorbeeld kunnen zorgen dat alle flexwerkers onder de medezeggenschap vallen, hoewel ze dan geen deel van de or kunnen uitmaken. Op die manier zou je kunnen voorkomen dat werkgevers in hun eentje bepalen wat er met al die flexwerkers gebeurt. Maar je kunt je afvragen of er binnen veel organisaties niet al zo’n werkgeversmonopolie bestaat.’ ‘Ik geloof niet zo in manifesten’ den moeten kunnen stemmen over een caoresultaat? Wat arbeidsomstandigheden betreft zie je nu inderdaad dat er iets verandert. Er is een voorstel over arbeidsomstandigheden voor zzp’ers, omdat het toch niet zo kan zijn dat je als zzp’er onder slechtere arbeidsomstandigheden moet werken Binnen de medezeggenschap vindt de nodige vernieuwing plaats. Er is een ontwikkeling gaande naar een kleine kernor, die met projectgroepen werkt waar mensen van buiten de medezeggenschap bij betrokken zijn. Wat vind je daarvan? ‘Ik vind het geen slechte ontwikkeling, maar het zou beter zijn als iedereen die iets bij een bedrijf doet een stem zou krijgen bij verkiezingen en bij het afspreken van regelingen. Waarom zouden alleen vakbondsledan iemand in loondienst. Zoiets zou je met medezeggenschap ook moeten doen. Dan krijg je een situatie waarin iedereen die iets binnen het bedrijf doet, verkiesbaar is en kan stemmen. Het zou vrij radicaal zijn, en ik denk dat het nu nog niet zou kunnen. Maar ik ben er heel erg voor om alle mensen die werken binnen de flexible firm, een stem te geven. Dat zou er wel toe kunnen leiden dat er belangenconflicten ontstaan tussen de flexwerkers, die alsmaar in aantal toenemen, en de vaste medewerkers waar er steeds minder van zijn. Toch ben ik er voor dat je je stem kunt laten horen als je voor een organisatie werkt, in welke hoedanigheid dan ook. Maar hoe je dat precies zou moeten aanpakken, daar moet ik nog eens goed over nadenken.’ Odyssee hart voor ontwikkeling t 0800 023 07 91 (gratis) e oi@odyssee-groep.nl i www.odyssee-groep.nl @informatief www.orinformatie.nl Pagina 21
Pagina 23Heeft u een onderwijs catalogus, pagegangster of e-studiegidsen? Gebruik Online Touch: handleiding naar een digitale publicatie omzetten.
OR informatie april 2012 Lees publicatie 24Home