Feminisering verplicht Energiebedrijf GdF Suez heeft in juni jongstleden een akkoord ondertekend met de Europese vakbondsorganisaties over beroepsmatige gelijkheid. De streefcijfers zijn ambitieus. Artikel 5 van het GdF Suez-akkoord noemt een taakstelling van minstens 25 procent vrouwen voor leidinggevende functies in vaste dienst. Op dit moment hebben vrouwen een aandeel van 19,1 procent in het personeelsbestand van Suez. Door Josee Lamers Omdat het er toe doet Toespitsing op de eigen praktijk Handhaving G dF Suez is een groot bedrijf. De fusie van Gaz de France en Suez heeft geleid tot een industriële groep die wereldleider is in gas, elektriciteit en dienstverlening op het snijvlak van energie en milieu. De activiteiten omvatten de hele energieketen, vanaf de exploratie tot aan de consument. De omzet van het concern steeg in het eerste halfjaar met 10 procent, tot 50,5 miljard euro. GdF Suez heeft heeft wereldwijd 600.000 mensen in dienst, van wie er 230.000 in Europa werken. Van de 23.000 werknemers in België, werken er 2000 bij de nucleaire centrales in Doel en Tihange. In Nederland werken 13.000 medewerkers bij de dochterbedrijven, waaronder GdF Energie Nederland, Cofely en Sita Sita. De Europese ondernemingsraad van GdF Suez telt maar liefst 64 zetels. Eén daarvan wordt bezet door Robert Van Passen. Hij was een van de initiatiefnemers voor de Eor en vervult de functie van secretaris. Van Passen heeft een lange geschiedenis met het bedrijf, die begon toen hij in 1975 in dienst trad bij het Belgische Electrabel, in de nucleaire centrale van Doel. Daar is hij verantwoordelijk voor de planning, de opvolging voor de revisie, lange projecten en brandstofrecycling. Van Passen was één van de ondertekenaars van de Europese overeenkomst van de Groep GdF Suez inzake gelijke behandeling op het werk van vrouwen en mannen. Waarom een Europees akkoord over gelijke behandeling? ‘In vervolg op onze wereldovereenkomst Europese richtlijn 30 ■ OR informatie 11 | november 2012 GdF Suez: Europees akkoord moet positie vrouwen verbeteren ‘Gelijke behandeling gaat over iets dat in alle landen betekenis heeft’ uit 2010 over fundamentele rechten wilden we een akkoord voor Europa opzetten dat substantiële inhoud heeft in alle landen, iets dat we met de Eor of met de syndicale afvaardiging konden oppakken. Dat moest dus niet een akkoord worden over een thema als het mimimumloon, waar 70 procent van de landen al aan voldoet. In de Europese ondernemingsraad hebben we drie sociale werkgroepen: over veiligheid, sociale relaties en GPUC. De laatste gaat over de begeleiding en scholing van mensen van wie de baan op de tocht staat. In de werkgroep sociale relaties kijken we naar de soorten contracten die werknemers hebben, naar wie er fulltime en parttime werkt, naar posities in de bedrijven. Dat volgen we al jaren, op lokaal, nationaal niveau en in het groepsoverleg van GdF Suez. Toen is de keuze gemaakt voor het thema gelijkheid en diversiteit in de landen, gericht op salarissen, openstellen van vacatures en het tegengaan van ongelijke berechtiging van vrouwen, onder meer door zwangerschap. Dat er ongelijke rechten voor vrouwen bestonden, bleek uit de praktijk en uit de getuigenissen die we kregen. Het viel op dat vrouwen meer tijdelijke en parttime contracten hebben, minder zekerheid hebben en minder in leidinggevende functies terechtkomen. Bij de vakbonden, de overlegorganen en de Europese ondernemingsraad zien we ook weinig vrouwen die de werknemers vertegenwoordigen. Met de Belgische delegatie van de Eor hebben we het eindelijk voor elkaar dat we een vrouwelijke afgevaardigde hebben. Over gelijke kansen zijn de afgelopen jaren in de verschillende landen veel discussies gevoerd Streefcijfers voor 2015 high potential @informatief www.orinformatie.nl Pagina 29
Pagina 31Scoor meer met een webshop in uw gidsen. Velen gingen u voor en publiceerden gebruiksaanwijzingen online.
OR informatie november 2012 Lees publicatie 30Home