namelijk ontstaan door een overdaad aan vertrouwen: in banken, in rendementen, in hypotheken, de maakbaarheid van de samenleving. We dachten “komt wel goed” en hebben het vertrouwen overschat. In het conventionele denken over groei hebben we onze grenzen bereikt. Vertrouwen veroorzaakte de crisis en is tegelijk de oplossing. We moeten het vertrouwen weer herstellen.’ Peter-Paul Feld (l.) en John van den Muijsenberg. staan, waarbij het ene ten koste gaat van het andere. Dit antagonistische denken is volgens mij achterhaald. Xerox was van huis uit altijd vernieuwend. Onze technologie hielp de wereld veranderen. Als organisatie moeten wij altijd mee-veranderen. Daarnaast waren we van oudsher sociaal innovatief. Aandeelhoudersbelangen gaan zeker bij ons in Nederland niet ten koste van de belangen van medewerkers.’ Van den Muijsenberg vult aan: ‘Wat dat betreft zijn we niet zo Amerikaans maar eerder een gewoon Nederlands bedrijf. In de VS hebben ze daar geen merkbare moeite mee.’ De afgelopen jaren heeft Xerox vooral het aanbod vernieuwd. Van een fabrikant van kopieerapparaten wordt het steeds meer een leverancier van diensten op locatie. Tweederde van de omzet komt inmiddels uit dienstverlening. Feld: ‘Wij geloven in samen werken aan een oplossing, ook op het gebied van medezeggenschap. Naast elkaar, niet tegenover elkaar. Co-creatie noemen wij dat.’ De or-voorzitter knikt instemmend. Hij is duidelijk gewend aan het jargon van zijn directeur. Feld gaat verder: ‘Een voorbeeld van een groot gemeenschappelijk belang dat de or en ik hebben is werkgelegenheid. Ook al zijn onze inzichten hierin divers, uitgangspunt is dat we die inzichten bijeenbrengen tot een gezamenlijke oplossing.’ Maar toch: hoe moet een or de werknemers nog vertegenwoordigen als het wat betreft arbeidscontracten en -voorwaarwww.orinformatie.nl @informatief ‘Naast elkaar, niet tegenover elkaar. Co-creatie noemen wij dat’ den ieder voor zich is? En wat betekent dat voor de bonden? Van den Muijsenberg: ‘Er blijft genoeg over om gezamenlijk af te spreken. En daarvoor zijn de or en de bonden de aangewezen partijen.’ Feld: ‘Ik geloof niet dat de vakbonden langzaam maar zeker overbodig raken, zoals links en rechts wordt beweerd. Het is ook niet wenselijk dat ze verdwijnen. Ze spelen een belangrijke rol in het streven naar duurzame inzetbaarheid. Dat is een centraal thema van ons boek, en ook van dit manifest.’ Hij overhandigt een afdruk van Naar nieuwe arbeidsverhoudingen, een gezamenlijke uitgave van werkgeversvereniging AWVN en de bonden FNV Bondgenoten, CNV Vakmensen en De Unie. Een polderproduct 2.0. Die indruk maakt ook het boek waarvan Feld co-auteur is – over co-creatie gesproken. Wederzijds vertrouwen lijkt het sleutelbegrip van dit boek. Het moet, uiteraard op basis van zakelijke afspraken, de traditionele verhoudingen tussen baas en werknemer grotendeels gaan vervangen. Maar hoe reëel is dat vertrouwen nog nu de wereld zich in een economische crisis van ongekende omvang stort? Het consumentenvertrouwen, om maar iets te noemen, is afgelopen zomer flink onderuit gegaan. Wordt het weer ieder voor zich? Felds antwoord is even verrassend als schijnbaar simpel. ‘Uiteraard is de huidige crisis van invloed op het vertrouwen. Hij is Terug naar Xerox. Kunnen jullie een voorbeeld geven van ‘co-creatie’? Hoe werkt dat voor de or? John van den Muijsenberg schets de overlegstructuur tussen or en bestuurder. Het dagelijks or-bestuur en de directeur overleggen elke twee weken. ‘Ook in de tussenliggende tijd weten we elkaar te vinden als dat nodig is.’ Verder is er een maandelijks overleg van de elfkoppige or met de directeur – plus een vertegenwoordiger namens de afdeling HR erbij. Van den Muijsenberg: ‘Hoe meer openheid en voorspelbaarheid van de kant van de directie, des te sneller – en dus tegen lagere kosten – we beslissingen kunnen nemen. Daarom is het ook handig dat HR erbij zit.’ Een concreet voorbeeld van co-creatie waren de laatste arbeidsvoorwaardenonderhandelingen – daarbij plaatst de or-voorzitter het woord ‘onderhandelingen’ tussen denkbeeldige aanhalingstekens. ‘Het was voor ons de eerste keer om het op die manier te doen. Samen zijn we gaan kijken: wat is het best mogelijke pakket voor de werknemers?’ De bonden werkten hier niet direct aan mee. Deze arbeidsvoorwaarden regelt de or in samenspraak met de directie. Wel zit er in de or een vakbondslid, dat volgens de voorzitter echter geen moeite heeft met deze manier van werken. ‘Het gaat immers om de uitkomst van de gesprekken, om het resultaat.’ Feld benadrukt dat de tijd het niet meer toelaat om te vervallen in antagonistisch denken. Daarvoor zijn de uitdagingen simpelweg te groot. Neem de vergrijzing. Zoiets groots pak je alleen aan door er samen de schouders onder te zetten. ‘Sociale stabiliteit is belangrijk om vooruit te kunnen.’ Daarom kun je beslissingen niet eenzijdig opleggen. Van den Muijsenberg wijst erop dat de cao voor de ICK-branche niet genegeerd wordt maar veeleer als kapstok dient. ‘Wij passen hem aan onze situatie en behoeften aan. Ook al worden contracten steeds individueler, er zijn genoeg gezamenlijke zaken die geregeld moeten worden, zoals bijvoorbeeld de pensioenregeling. En daar is nog steeds de or voor nodig.’ Feld: ‘De or is ook nodig om de achterban erbij te betrekken, om het beleid scherp te OR informatie 12 | december 2011  29 Pagina 28

Pagina 30

Interactieve e-webshop, deze nieuwsbrief of onderwijsmagazine is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het online plaatsen van digitale onderwijs catalogi.

OR informatie, december 2011 Lees publicatie 10Home


You need flash player to view this online publication