n n. en en n hij er- ar lid kt n e- . .nl Tijd voor iets nieuws? Door Hermie van Ommeren en or-voorzitter vertelde me laatst dat de relatie met zijn achterban aan het verharden is. Hij bedoelde dat onvrede over standpunten zich steeds vaker vertaalt in harde, zelfs agressieve uitingen naar de gehele or of naar individuele leden. Enerzijds is er een lauwe interesse voor het or-werk, maar als het gaat om iets als werktijden of vakantiedagen, dan kan een deel van de achterban niet verdragen dat er verandering komt. Ondanks dat de ondernemingsraad zorgvuldig heeft afgewogen of belangen worden geschaad en wat de verandering betekent voor het individu, kunnen sommige E medewerkers fors van zich laten horen. Maar als het erover gaat om zelf or-lid te worden, dan hoor ik allerlei argumenten om dat juist niet te willen. U kent ze wel: ‘het werk stelt niks voor; de bestuurder luistert toch niet naar de or; niemand vindt het or-werk belangrijk; ik heb geen zin om wantrouwend bekeken te worden als ik naar een or-vergadering ga.’ Ik vraag me steeds meer af of het min of meer democratisch stelsel waarin we nu zitten, nog wel past bij de huidige manier van leven. Als de samenleving steeds meer een netwerkconstructie wordt van individuen die zich tussen allerlei groepen bewegen, past daar het idee van de volksvertegenwoordiging dan nog wel bij? Een grote groep mensen gaat het om het nastreven van eigen belang. Het is moeilijk om in deze sfeer een algemeen belang te vinden. En het lijkt erop dat als beslissingen dichtbij komen, iedereen ineens wel naar de or kijkt. In mijn ogen gaat er niet eens zoveel verloren als het overleg met de bestuurder meer op het niveau van het werkoverleg komt te liggen. Geen ingewikkelde verkiezingen, maar gewoon overleg met degenen die het aangaat. De ondernemingsraad gaat in de huidige werkwijze over onderwerpen die het bedrijf in algemene zin betreffen, maar het meeste werk zit toch in de kleinere onderwerpen. De strategische zaken zoals het al dan niet verkopen van een onderneming; het fuseren met andere bedrijven of het verkopen van een deel van de onderneming, worden wel aan de or voorgelegd, maar op de bedrijfssluiting na, bereikt de or zijn achterban nauwelijks met deze onderwerpen. Anders gezegd; or-leden ontwikkelen zich mogelijk wel tot een serieuze gesprekpartner van de directie, maar niet namens het hele personeel. Dit leidt ertoe dat de raad meer gaat functioneren als een speciale tussenlaag, die de klappen voor de bestuursbesluiten opvangt. Een or die niet echt de vertegenwoordiger is van het personeel, krijgt het moeilijk bij tegenwind. De trend in medezegDe trend in or-land is participatie genschapsland is participatie. Het gaat erom als or meer invloed te krijgen door de achterban mee te laten doen, ook wat betreft de meer strategische onderwerpen. Het is een moedige poging om de or te versterken of de invloed vanuit de werknemers op het centrale beleid te vergroten. Houd echter bij het ontwikkelen van nieuwe en zinvolle manieren van medezeggenschap rekening met de manier waarop de bedrijven zijn georganiseerd. Mensen willen vooral zeggenschap over de zaken die dichtbij ze staan. Een mechanisme als zelfroosteren bijvoorbeeld kan het begin markeren van meer betrokkenheid van de medewerkers bij de ontwikkeling van de rest van het bedrijf. Hermie van Ommeren is fractievoorzitter van de PvdA in 's-Hertgenbosch en raadsadviseur/plaatsvervangend griffier van de gemeente Geldermalsen Managers verschuilen zich graag achter de grote druk van financiële markten om besluiten er door te drukken. Onderzoek laat echter zien dat bedrijven wel degelijk een keuze hebben, ook als zij de druk van de aandeelhouders voelen. Kädtler heeft de ontwikkeling vergeleken van drie Duitse chemiereuzen, BASF, Bayer en Hoechst. Alledrie stonden onder druk van aandeelhouders om zich op te splitsen. Hoechst is daar in voorop gegaan. Begin jaren negentig was het nog het www.orinformatie.nl Geef alternatieven ook echt een kans één na grootste chemieconcern ter wereld. Van het bedrijf is nu niets meer over. BASF daarentegen heeft tegen alle druk in vastgehouden aan zijn eigen strategie. Eén van de redenen waarom het management zo’n keuze maakte, is de relatief sterke invloed van de medezeggenschap en de vakbond. De economische kracht van het concern heeft daar niet onder geleden, BASF is nu het grootste chemieconcern ter wereld. Dit laat zien dat het management altijd ruimte heeft om zelf keuzes te maken, maar ook dat tegendruk nodig is tegenover financiële markten. Dit vergt veel van or’s; op de eerste plaats een stevige ruggengraat. Daar naast moet men de deskundigheid hebben om te onderscheiden tussen wat men moet accepteren als economische noodzaak, en waar alternatieven mogelijk zijn Alternatieven die men zelf niet kant-en-klaar hoeft aan te dragen. Het gaat er meer om ruimte te scheppen om ze een kans te geven, en het management te steunen – of te dwingen – die ruimte te benutten. Onontbeer lijk daarbij is een netwerk met anderen die voor dezelfde belangen staan, zoals vakbonden, en met bondgenoten binnen het management en de toezichthoudende organen. Kon dat vroeger nog op nationaal niveau, in de huidige tijd is men steeds vaker aangewezen op samenwerking in de EU. Misschien wordt het tijd voor het oprichten van een Europees platform van or’s in multinationale bedrijven. Voor het broodnodige tegenwicht. Sjef Stoop is trainer/consultant bij EOR Services van FNV Formaat OR informatie 4 | april 2010 ■ 9 Pagina 8
Pagina 10Heeft u een krant, ipaper of web reisgidsen? Gebruik Online Touch: weekblad van pdf naar online converteren.
OR informatie, april 2010 Lees publicatie 14Home