Ontwikkeling or-leden aan de hand van competentieprofiel Het schaap met vijf poten Medezeggenschap is een lastig vak. Veel or-leden doen er lang over om het in de vingers te krijgen. Hoe komt dat? Het werk vraagt om vaardigheden die in het gewone werk zelden voorkomen. Het is daarom voor ieder or-lid een goede zaak te onderzoeken wat het or-werk vraagt. Vervolgens kan iemand nagaan wat hij nog moet leren om optimaal mee te kunnen draaien. Een competentieprofiel kan daarbij helpen. Door Camiel Schols ■ Or-werk is complex ■ Competentieprofiel geeft overzicht ■ Test je competenties H et is niet eenvoudig een goed or-lid te worden. Velen zitten al jaren in de or en hebben nog steeds niet het idee dat ze optimaal meedraaien. Ze zijn er niet zeker van dat hun kwaliteiten optimaal worden benut. Hiermee gaat kostbare tijd en energie verloren, vooral omdat or’s vaak van samenstelling wisselen. De raad heeft er belang bij dat nieuwe leden zo snel mogelijk meedraaien en dat ze laten zien wat ze in huis hebben. Wat maakt het or-werk eigenlijk zo lastig? Eén van de oorzaken ligt in de aard van de functie, het is complex. En dat komt vooral door de vele spanningsvelden waarbinnen een or-lid zich moet bewegen. Alleen het ideale or-lid volbrengt deze taak zonder kleerscheuren. Wat zijn kenmerken van een ideaal or-lid: ■ kan zijn nek uitsteken en flexibel meegaan met de groep; Online test Op www.sbi.nl vind je een test voor het competentieprofiel dat in dit artikel is besproken. Hiermee kun je nagaan hoe je op dit moment scoort op de verschillende competenties. De test bestaat uit 80 vragen. Je krijgt meteen de uitslag. Tip: Spreek af dat ieder or-lid de test invult en bespreek de uitslagen met elkaar. ■ ■ ■ kan opkomen voor zijn mening en zich schikken in andere opvattingen; kan volgen en meewerken, maar ook leiding nemen en initiatief tonen; spreekt de taal van de werkvloer, evenals de taal van de directie; ■ wint het vertrouwen van de directie evenals het vertrouwen van de medewerkers; ■ Het is leerzaam te horen hoe andere or-leden jouw is voor de directie een bondgenoot als het kan, en een tegenstrever als het moet; ■ functioneren zien verricht zijn eigen werk tot volle tevredenheid, en is ook een ideaal or-lid. Duizendpoot Ga er maar aan staan: het ideale or-lid is een schaap met vijf poten. Of moeten we zeggen een duizendpoot? En dan ook nog een duizendpoot die zich snel weet te ontwikkelen, want de meeste mensen zitten maar een paar jaar in de or. Dan is het de moeite waard om het vak zo snel mogelijk in de vingers te krijgen. Wat is daarvoor nodig? Op de eerste plaats is belangrijk dat ieder nieuw or-lid een helder beeld krijgt van wat het werk van hem vraagt. Zoals gezegd, het or-lidmaatschap is een complexe functie. Als je niet precies weet wat de 22 ■ OR informatie 6 | juni 2010 functie van je vraagt, is het lastig gericht de gewenste vaardigheden te ontwikkelen. Een tweede aanbeveling is om de kwaliteiten te benutten die het or-lid al in huis heeft. Daar is sneller winst te halen dan bij het ontwikkelen van geheel nieuwe vaardigheden. Vaak blijkt dat or-leden veel meer in huis hebben dan ze in de or laten zien. Een voorbeeld: Een or-lid laat zich in de overlegvergadering overbluffen. Hij heeft moeite met zijn bestuurder duidelijke afspraken te maken en hem daaraan te houden. Een uur later vertelt dezelfde persoon hoe hij met zijn aannemer onderhandelt bij het verbouwen van zijn huis. In dat gesprek laat hij zich de kaas niet van het brood eten. De kunst is om vermogens die je in het ene terrein van je leven hebt, ook in te zetten op een ander terrein, bijvoorbeeld de or. Competenties Een goed hulpmiddel voor de gerichte ontwikkeling van de kwaliteiten van de orleden is het werken met een competentieprofiel. Tegenwoordig bevatten veel functiebeschrijvingen naast taken en verantwoordelijkheden ook een overzicht van www.orinformatie.nl Pagina 21

Pagina 23

Interactieve e-jaarverslag, deze nieuwsbrief of weekblad is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het bladerbaar maken van web clubmagazines.

OR informatie, juni 2010 Lees publicatie 16Home


You need flash player to view this online publication