Aanblijven of aftreden? Vertrouwen opzeggen in de or, en dan? Een ondernemingsraad is gekozen om voor een bepaalde periode het personeel te vertegenwoordigen binnen de onderneming. Gedurende zo’n zittingstermijn kan er van alles gebeuren, en het kan zelfs voorkomen dat de or het vertrouwen van zijn achterban verliest. Welke (wettelijke) gevolgen heeft dat? Door Steven Jellinghaus Wat zegt de WOR? Luisteren naar de achterban? Wat vinden wetgever en rechters? D e WOR kent geen enkele bepaling over het opzeggen van het vertrouwen in de ondernemingsraad door de achterban. Het personeel kiest de or voor een bepaalde periode, en kan deze niet tussentijds wegsturen. De ondernemingsraad blijft dus gedurende de hele termijn zitten, met behoud van al zijn rechten. Is dat vreemd? Eigenlijk niet. Het is immers voor burgers ook niet mogelijk om tussentijds een kabinet weg te sturen of nieuwe Kamerverkiezingen af te dwingen. Hoewel de positie van de or dus wettelijk is gegarandeerd, mag een ondernemingsraad uiteraard niet blind zijn voor wat de achterban vindt; de or is er immers voor het personeel. Daar kunnen echter wel een paar kanttekeningen bij worden geplaatst. Zo zegt artikel 2 van de WOR: De ondernemer die een onderneming in stand houdt waarin in de regel ten minste 50 Een or zonder contact met de achterban verliest zijn bestaansrecht personen werkzaam zijn, is in het belang van het goed functioneren van die onderneming in al haar doelstellingen verplicht om ten behoeve van het overleg met en de vertegenwoordiging van de in de onderneming werkzame personen een ondernemingsraad in te stellen en jegens deze raad de voorschriften, gesteld bij of krachtens deze wet, na te leven. Met andere woorden: de ondernemingsraad is niet enkel gericht op de belangen van het personeel maar ook op die van de organisatie. Die mogelijke belangentegenstelling kan bij een reorganisatie of bedrijfssluiting voor ingewikkelde complicaties zorgen. Daarenboven beschikt een ondernemingsraad vaak over aanvullende (geheime) informatie en over alle onderliggende stukken voor een besluit. Hij kan dan ook een betere afweging maken dan zijn achterban. Dit alles laat mijns inziens onverlet dat een ondernemingsraad wel naar zijn achterban kan (en wellicht ook moet) luisteren. Hoe kan een ondernemingsraad anders nog met fatsoen een gesprek voeren met de bestuurder en in dat kader bindende afspraken maken, terwijl er geen draagvlak voor is? Omslag in rechtspraak We zagen een paar jaar terug al in het voormalige wetsvoorstel Wet medezeggenschap werknemers dat de wetgever grote waarde hecht aan het voeren van overleg met de achterban. In dit wetsvoorstel stond dat de ondernemingsraad hiervoor een regeling moest opnemen in zijn reglement. Alhoewel dit voorstel geen wet is geworden, is er de afgelopen tijd wel een omslag in de rechtspraak zichtbaar geworden: de visie van werknemers is steeds zwaarder gaan wegen. Zo oordeelde de kantonrechter te Maastricht dat van een ondernemingsraad mag worden verwacht dat hij bij een aanpassing van de arbeidsvoorwaarden zijn achterban raadpleegt. Evenzo overwoog de Ondernemingskamer in een overweging ten overvloede dat een ondernemingsraad voor het afsluiten van een sociaal plan zijn achterban moet raadplegen. Ten overvloede in dit verband merkt de Ondernemings10 ■ OR informatie 11 | november 2012 @informatief www.orinformatie.nl Pagina 9
Pagina 11Heeft u een reclamefolder, invender of web brochures? Gebruik Online Touch: weekblad digitaal bladerbaar op uw website plaatsen.
OR informatie november 2012 Lees publicatie 30Home